Werkwijze

Ik gebruik een eigen onderzoeksmethode, gebaseerd op frame innovation van Kees Dorst, geïnspireerd op design thinking, en door middel van veelgebruikte methodes uit social design en service design. In projecten werk ik altijd samen in een team. Dit team stellen we op maat samen, waarin verschillende disciplines samenwerken, passend bij het vraagstuk.

Elk project is maatwerk, de beschreven processen komen bijna altijd aan bod, maar soms in verschillende volgordes, of worden bepaalde stappen vaker herhaald. 

 

1 – verkennen vraagstuk

onderzoeken, verkennen, context vraagstuk, creatief gereedschap op maat

2 – veldonderzoek

empatisch onderzoek, ontwerpend onderzoek – kwalitatief onderzoek

3 – reframing en co-creatie 

creatieve analyse, framing, reframing en co-creatie

4 – prototypen

prototypen, sociale interventies, fysieke uitwerkingen, co-creatie, onaf

5 – uit het proces

Als laatste ontwerp ik mijzelf weer uit het proces. Zodat het eindresultaat echt van de gebruikers zelf wordt.

1 – verkennen vraagstuk

onderzoeken, verkennen, context vraagstuk, creatief gereedschap op maat

De start van elk project bestaat uit het onderzoeken en verkennen van (de oorsprong) van het vraagstuk. Ik breng de context van het vraagstuk in kaart en voer de eerste verkennende gesprekken met betrokkenen in het vraagstuk. Ook inventariseer ik de paradoxen en thema’s en hoe deze zich tot elkaar verhouden. In deze fase worden veel vragen gegenereerd: Hoe is het probleem ontstaan? Wanneer treedt het op? Wat maakt dat het probleem moeilijk oplosbaar is? Wat is er eerder gedaan om het probleem op te lossen? Aan het eind van deze fase bereid ik het veldonderzoek voor. hiervoor maak ik creatief gereedschap* op maat.

Ik ontwikkel *creatief gereedschap op maat voor het vraagstuk, zodat ik de vragen kan stellen die andere antwoorden naar boven halen. Op die manier ga ik verder dan het in kaart brengen van ‘behoeften’. Met prikkelende vragen en materialen haal ik dromen, wensen en ambities naar boven die anders onuitgesproken blijven. Deze input vormt het begin van een creatief proces, dat we samen met alle betrokkenen vormgeven.

2 – veldonderzoek

empatisch onderzoek, ontwerpend onderzoek – kwalitatief onderzoek

Ik verzamel persoonlijke verhalen en doe empatisch onderzoek. Ik spreek met verschillende betrokkenen, waaronder ook een aantal die niet op het lijstje van de opdrachtgever staan. Empatisch onderzoek gaat samen met goed luisteren, vragen te stellen en ongemak en taboes een plek te geven.
Vaak maak ik tijdens het onderzoek de vertaling naar beelden, om processen en vondsten zichtbaar en voelbaar te maken. Zo maak ik een taai complex vraagstuk weer menselijk en benaderbaar, en zoek ik naar een taal die helpt om van verschillende betrokkenen zichtbaar en begrijpbaar te maken wat hen drijft. Dit zijn belangrijke onderdelen van ontwerpend onderzoek.

3 – reframing &  co-creatie 

creatieve analyse, framing, reframing en co-creatie

Vanuit alle input uit het onderzoek genereer ik onaffe ideeën. Wat ligt er? Waar lijkt het op? Wat raakt mij? Wat is betekenisvol? Wat gebeurt er bijna? Agendaloos* breng ik in kaart wat ik heb opgehaald in het veldonderzoek.  

Tegelijkertijd doorloop ik de stappen van framing en reframing.
Een frame (kader) is de manier waarop we naar een vraagstuk kijken, deze perceptie wordt vaak gevoed door verschillende manieren waarop mensen naar een vraagstuk kijken. Bijvoorbeeld: Nieuwe buren stellen zich niet meer voor, en we hebben geen contact. We durven zelf niet naar ze toe te gaan, omdat we niet te opdringerig willen overkomen’.
Dit kader zorgt ervoor dat een probleem tegelijkertijd taai is en ook moeilijk oplosbaar. Door te reframen (herkaderen) ontstaat er ruimte. Ruimte om het probleem of vraagstuk op een hele andere manier te bekijken. In die ruimte ontstaan er nieuwe oplossingsrichtingen. Bijvoorbeeld: met de ‘Welkom in de straat-doos’ verwelkomen we nieuwe buren in onze straat en hebben we een alibi om langs te gaan, zonder opdringerig over te komen’.

Deze reframes maak ik op maat tijdens het onderzoek en verwerk de ideeën tot tastbare vormen. Door beelden te maken, creatieve interventies te ontwikkelen (zoals de ‘Welkom in de straat-doos’ ) of door hiermee een fysieke plek in te richten, krijgen de frames direct een plek en kunnen ze uitgetest worden.
— Goed vormgegeven co-creatie—
De tastbare voorstellen voor reframes en sociale interventies presenteer ik op een aanstekelijke wijze, zodat de doelgroep wordt uitgenodigd om ermee aan de slag te gaan.

Vervolgens scherp ik de reframes aan en gooi ik overboord wat niet aansloeg. De co-creatie is een gezamenlijk proces waar ik samen met betrokkenen en mogelijke onverwachte stakeholders onderzoek waar de meeste energie ontstaat.

4 – prototypen

prototypen, sociale interventies, fysieke uitwerkingen, co-creatie, onaf

Ik maak werkende prototypes van fysieke en sociale interventies, die ik samen met de doelgroep uitprobeer en verbeter. Zo komen we in co-creatie tot écht betekenisvolle nieuwe ontwerpen, die er niet alleen leuk uitzien, maar vooral werken en van de mensen zelf zijn. Samen leren we door te doen. De ontwerpen zijn onaf, zo nodig ik de aanwezigen uit ze te verbeteren en eigen te maken.   

Bij het ontwikkelen en testen van een spel voor pleeggezinnen, werd een bepaald onderdeel (Wichtelen) door gezinnen anders genoemd: ‘kabouteren’ ‘vader-moederdag’ ‘lieve dingen doen’. Dan is het ontwerp echt geslaagd, als je er jou eigen draai aan kunt geven.  

5 – uit het proces

Als laatste ontwerp ik mijzelf weer uit het proces. Zodat het eindresultaat echt van de gebruikers zelf wordt.

Een ontwerpend onderzoek heeft altijd een begin en een einde. Looptijden zijn verschillend. Bij een langere doorlooptijd bepalen we samen de momenten waarop we tussenresultaten presenteren en aanscherpen. Tegen het einde van het project halen we de grote lijnen uit het onderzoek en koppelen dat terug aan opdrachtgever en andere betrokkenen. Hiervoor kies ik een vorm die aansluit bij het vraagstuk. Mijn uitgangspunt is dat deze vorm iets toevoegt aan het proces. Geen onderzoeksverslag van honderden pagina’s dat in een lade verdwijnt, maar een vorm die inspireert en in beweging zet.

Als laatste ontwerp ik mijzelf weer uit het proces. Zodat het eindresultaat echt van de gebruikers zelf wordt.

Klein woordenboek bij mijn werkwijze

Frame | een bepaald kader waardoor we gewend zijn om naar een vraagstuk of probleem te kijken.
Reframe |  Een heel nieuw kader dat inspireert tot nieuwe manieren van kijken naar een vraagstuk. Zo wordt iets van een ‘ingewikkelde casus’ een proces waarin je samen nieuwe mogelijkheden onderzoekt en oplossingsrichtingen ontstaan,  die vol nieuwe mogelijkheden en ontstaat er ruimte  voor hele andere oplossingsrichtingen die kunnen leiden tot nieuw gedrag.

Co-creatie | Mensen die onderdeel zijn van het vraagstuk moeten ook onderdeel kunnen zijn van de oplossing. Dit is voor mij een radicale ontwerpvoorwaarde. Anders is het resultaat waardeloos.

Onaf | Mijn ontwerpen zijn altijd bewust onaf. Omdat ik ervan overtuigd ben dat wanneer iets te ver of te goed is vormgeven, de mensen om wie het werkelijk gaat zich niet uitgenodigd voelen er zelf verder mee aan de slag te gaan.

Creatief gereedschap | Dit zijn visuele tools op maat voor het vraagstuk, zodat ik de vragen kan stellen die andere antwoorden naar boven halen. Op die manier ga ik verder dan het in kaart brengen van ‘behoeften’. Met prikkelende vragen en materialen haal ik dromen, wensen en ambities naar boven die anders onuitgesproken blijven. 

Agendaloos  | Het durven nemen van ruimte voor rare creatieve uitspattingen en ideeën, ook als deze niet meteen antwoord geven op de onderzoeksvraag. Door als kunstenaar soms vanuit mijn onderbuikgevoel aspecten uit te lichten, die op het eerste gezicht niet relevant (genoeg) lijken, maar door ze samen te voegen tot verrassende nieuwe perspectieven leiden.